GESCHIEDENIS

Robrecht II, graaf van Vlaanderen, stichtte rond 1100 een abdij te Sint-Andries, op de plaats van de huidige parochiekerk. Tijdens de Franse Revolutie werd de abdij opgeheven, de bezittingen verkocht en de gebouwen afgebroken. Een eeuw later, in 1898, startte Dom Gérard van Caloen, benedictijn te Maredsous, met de oprichting van de huidige abdij. De nieuwe abdij zou monniken naar Brazilië zenden met het oog op de heropleving van het benedictijns leven in dit land.

Onder Dom Théodore Nève kende de abdij tussen 1912 en 1963 een grote ontwikkeling en werden de activiteiten veelzijdig. Hij zette de poorten van de abdij open op de wereld en zond zijn monniken ondermeer naar Kongo, China, Polen en India. De abdijschool die in 1910 begon, ontwikkelde zich verder. In deze periode kreeg de abdij een grote liturgische uitstraling, o.a. door het missaal, dat nog steeds beschikbaar is. Een aantal tijdschriften zagen het licht: een missietijdschrift, een liturgisch tijdschrift en een tijdschrift voor kerkelijke kunst.

In 1967 stichtte Zevenkerken het Monastère Saint-André de Clerlande (www.clerlande.com).

Op vandaag leven in de Sint-Andriesabdij een 25-tal monniken volgens de Regel van Benedictus, in dienst van God en de Kerk.

Publicaties met meer informatie over de geschiedenis van de abdij.
Deze boeken zijn in een Nederlandstalige en een Franstalige versie te koop in de boekhandel van het Benedictusheem.